De taken en werkomstandigheden van topcoaches zijn vaak erg complex. Ze moeten om kunnen gaan met druk en verwachtingen, de teamsfeer moet goed blijven, de trainersstaf moet worden aangestuurd, zowel wedstrijden als trainingen moeten van voldoende kwaliteit zijn en ga zo maar door. Deze taken en verantwoordelijkheden kunnen leiden tot stress. Deze stress kan resulteren in een slechtere begeleiding van de sporters, wat een negatieve invloed heeft op de prestatie. Een negatieve spiraal is een logisch gevolg.
Wat is er al bekend?
- Een gestreste coach kan leiden tot slechtere prestaties.
Wat is nieuw?
- Af en toe afstand nemen van het werk komt het welzijn van een coach ten goede.
- Niet alleen de coach, maar ook de sporter vaart hier wel bij.
Rust roest niet
Waar veel aandacht wordt besteed aan het verminderen van stress bij sporters, is dat bij coaches veel minder het geval. Er is echter een groep Nederlandse onderzoekers die zich de laatste jaren juist meer op de mentale gesteldheid van de coach is gaan richten. Zij vragen zich onder andere af welke weerslag een gestreste coach heeft op de prestatie van de sporter en hoe een coach het stressniveau kan verlagen. Door dagboeken en vragenlijsten van zowel topcoaches als topsporters te analyseren hebben Balk en zijn collega-onderzoekers een antwoord gekregen op hun vragen.
Het antwoord op de vraag hoe het stressniveau te verlagen is, ligt wellicht voor de hand. Wat voor elk werkend persoon geldt, geldt ook voor een coach: neem af en toe afstand van het werk. Dit betekent dat een coach tijd moet nemen om te rusten en zich op andere zaken moet richten dan het coachvak. Een coach die in staat is om aan het eind van de dag afstand te nemen van het coachen en training geven blijkt de volgende dag minder last te hebben van mentale vermoeidheid en meer zin te hebben om weer aan het werk te gaan.
Af en toe afstand nemen van het werk is niet alleen goed voor het algehele welzijn van een coach, ook een sporter vaart er wel bij. Een coach die niet lekker in zijn vel zit, blijkt sporters namelijk anders te begeleiden dan wanneer hij dat wel zit. Sporters gedijen het best als er sprake is van een vorm van autonomie, ofwel de vrijheid om zelf beslissingen te kunnen nemen. En juist de autonomie van een sporter staat onder druk wanneer een coach gestrest is. In dat geval laat de coach namelijk minder ruimte voor autonomie van de sporter. Sporters geven dan ook aan dat coaches die zowel mentaal als fysiek uitgerust zijn bijdragen aan een beter prestatieklimaat.
Advies
Een coach moet af en toe de tijd nemen om het coachen even achter zich te laten en zich te richten op andere zaken. Hoe moeilijk dit voor velen ook zal zijn, het lijkt écht te lonen voor zowel de coach zelf als voor de sporters.
Bron
- Balk YA, de Jonge J, Geurts SAE, Oerlemans WGM (2019) Antecedents and consequences of perceived autonomy support in elite sport: a diary study linking coaches’ off-job recovery and athletes’ performance satisfaction. Psych. Sport Exerc., 44: 26-34