Mentale problemen ontstaan vaak rond het 19e levensjaar

Dat topsporters vaker mentale gezondheidsproblemen vertonen dan recreatieve sporters was al langer bekend. Zo kampen veel sporters met eetproblemen, depressies, angstaanvallen of burn-outklachten. Dit kan de prestatie verslechteren of ervoor zorgen dat een sporter zijn carrière beëindigt. Deze problemen treden vaak op tussen de 17 en 21 jaar –  met een piek rond het 19^e jaar –  zo toonde een groep Zweedse onderzoekers recentelijk aan. Dat dergelijke problemen juist ontstaan in deze levensfase was voor de Zweden geen verrassing. Vlak hiervoor ondergaan topsporters namelijk verschillende veranderingen. Zo sluiten ze de middelbare schooltijd af en maken ze de overgang van de junioren naar de senioren.

Terugkerende klachten

Onderzoeker Cecilia Åkesdotter en haar collega’s toonden aan dat bijna de helft van de sporters met mentale problemen terugkerende klachten heeft. Dit brachten ze in kaart met verschillende vragenlijsten bij 333 Zweedse topsporters. Van deze groep had meer dan de helft op een bepaald moment in hun leven mentale problemen; een psychiatrische stoornis of symptomen van een depressie.

Buiten de staf

Wat verder opviel was dat topsporters die hulp zochten voor hun mentale problemen, dat vaak deden buíten de medische staf van hun bond. Wanneer een sporter veranderingen ondergaat, moet een coach alert zijn op mentale problemen; welke vaak ontstaan rond het 19^e levensjaar.

Bijstaan

Hoewel de onderzoekers geen Nederlandse topsporters bevroegen, is het niet ondenkbaar dat er ook in Nederland topsporters zijn die rond dezelfde leeftijd mentale problemen ondervinden. Met hun studie benadrukken de Zweedse onderzoekers het belang van preventieve maatregelen. Wanneer een coach mentale problemen herkent, kan hij een sporter bijstaan in het zoeken van hulp.