Voor een optimaal slaapritme zijn sporters gebaat bij regelmaat. Dit betreft niet alleen het tijdstip van naar bed gaan, maar ook de rituelen daaromheen, zoals het nemen van een douche of andere gewoontes vlak voor het slapen gaan. Naast regelmaat is het verstandig om fel licht vlak voor het naar bed gaan te vermijden. Fel licht onderdrukt namelijk de afgifte van het “slaaphormoon” melatonine.
De eisen die het bedrijven van topsport tegenwoordig met zich mee brengt, zorgen er echter voor dat topsporters te maken hebben met omstandigheden die hun slaapritme kunnen verstoren. Zo hebben topsporters door hun internationale wedstrijden regelmatig te maken met jetlag. Ook kunnen de tijdstippen waarop de sporters trainen en hun wedstrijden hebben, de slaap verstoren.
Aangezien eerder onderzoek heeft uitgewezen dat een verstoorde nachtrust de sportprestatie negatief beïnvloedt, is het belangrijk om te weten of topsport en de randvoorwaarden daaromheen het slaapritme verstoren. Britse onderzoekers zochten dat uit op basis van een literatuuronderzoek.
Groot probleem
Veel topsporters kampen met slaapproblemen. De schattingen lopen uiteen van dertig tot vijftig procent onder topsporters, en rond de zeventig procent onder paralympische topsporters. Waar dit verschil vandaan komt is niet bekend. Op basis van de beschikbare literatuur is ook niet te zeggen dat topsport daar de oorzaak van is. Ook in andere domeinen blijken relatief veel experts met slaapproblemen te kampen, zoals topdansers en wetenschappers.
De slaapproblemen bij sporters uiten zich vooral in het feit zij moeite hebben om in slaap te vallen en vervolgens in slaap te blijven. Deze problemen doen zich voornamelijk voor rondom wedstrijden, intensieve trainingsperioden en lange reizen. Dat concluderen de onderzoekers op basis van 37 afzonderlijke studies naar dit onderwerp. De randvoorwaarden rondom topsport hebben dus wel degelijk invloed op de slaap.
Zoals altijd bij topsporters, zijn er ook in het geval van slaapproblemen verschillen gevonden tussen en binnen sporten. Zo zijn er aanwijzingen dat teamsporters, in vergelijking met individuele sporters, doorgaans minder slaapproblemen ervaren. Mogelijk komt dit doordat teamsporters de verantwoordelijkheid voor hun prestatie delen. Daarnaast kunnen de tijden waarop sporters doorgaans trainen of hun wedstrijden hebben, flinke invloed hebben op de slaap. Zwemmers zijn bijvoorbeeld gewend om ’s ochtends vroeg te trainen terwijl veel belangrijke voetbalwedstrijden laat op de avond plaatsvinden. In hoeverre de tijden van trainingen of wedstrijden de nachtrust van sporters beïnvloeden, is per sporter verschillend. Dit hangt namelijk onder andere af van het chronotype; dat wil zeggen, of de sporters van nature ochtend- of avondmensen zijn.
Tot slot
De resultaten van deze studie laten zien dat veel topsporters regelmatig te kampen hebben met slaapproblemen. In hoeverre dat hun prestatie beïnvloedt, is uit deze studie niet op te maken. Eerder onderzoek heeft in ieder geval laten zien dat een slechte nachtrust de prestatie zeker niet ten goede komt [zie hier].
Dat ook in andere domeinen veel slaapproblemen voorkomen, wil niet zeggen dat het daarmee “normaal” is. Duidelijk is in ieder geval dat er voor veel sporters winst te behalen is op dit gebied. Tips voor een goede regelmatige nachtrust zijn hier te lezen.
Bron
- Gupta L, Morgan K, Gilchrist S (2016) Does elite sport degrade sleep quality? A systematic review. Sports Med., epub: DOI 10.1007/s40279-016-0650-6